A-MERKEN
Machines van Turkse makelij maken een opmars, vertelt Marco Mans, commercieel directeur bij TUWI. Zijn bedrijf is exclusief importeur van Durma voor Nederland. Vroeger zouden machines die niet uit Duitsland, Korea of Japan kwamen, eerder concurreren met tweedehands gebruikte apparatuur van A-merken. “Dat is allang niet meer zo”, zegt Mans. “Durma heeft zijn machinepark verder ontwikkeld en geluisterd naar de markt. Het was duidelijk dat de klant steeds meer eist. Hij verwacht kwaliteitsmachines die met het hogere segment kunnen concurreren.”
Durma pakte dat eerst op met de ontwikkeling van CNC-kantbanken, waarna de ponsnibbelmachines en laser-, buis- en plasmasnijmachines erbij kwamen. Tot slot verbeterde Durma de software, zodat de keten van high-tech producten rond was. “Meedoen in het hogere segment vraagt ook om een andere marktbenadering van ons. Wij moeten in staat zijn om de gevraagde service te leveren en het onderhoud uit te voeren. Daarom investeren wij continu in onze serviceafdeling.”
Dat ‘meedoen in een hoger segment’ raakt de kern van de relatie die TUWI en Durma met elkaar hebben. TUWI moet het onder andere hebben van service, precies wat Durma nodig heeft. “Als wij de eerste typen van nieuwe modellen verkopen, geven we terugkoppeling aan de fabriek over de machines functioneren. We maken dat ook duidelijk naar een klant: ‘Dit is het eerste model, er kunnen nog aanpassingen nodig zijn, maar dat lossen we samen op’. Zo deden we dat bijvoorbeeld met de eerste buis-profiellasers die TUWI uitleverde. Dat is uiteindelijk een mooi project geworden, waarbij Durma, TUWI en de klant samenwerkten. Met ons drieën hebben we iets moois neergezet.”
Maakt dat van Nederland een proeftuin? Voor sommige producten wel, meent Mans. “Wij zien wat onze klanten nodig hebben. Onze vijf vertegenwoordigers praten met de klanten. Die informatie filteren we, en we delen hem met Durma en met dealers in Europa. Dan heb je wel een fabrikant nodig die bereid is om te luisteren, en dat doet Durma.”